Hieke van der Werff

Frokkie en Lola, Het leukste huisdier

Taal:

Woordenschat:

Besteed zo nodig aandacht aan: huisdier, pootje geven, circusmuis, knuffelen, wollig, keuteltjes, kooi.

Vragen: Heb jij ook een huisdier? Welk huisdier vind jij het leukst? Waarom? Wat vinden Frokkie en Lola wel/niet leuk aan een hond; een poes; een konijn een vogel? Welk dier kiezen zij uiteindelijk? Waarom? Wat zou jij kiezen van deze vijf?

Verder lezen: Ze lopen gewoon met me mee (4+), Margaret Mahy; Lemniscaat

(woordenschat en spelen) Het Frokkie en Lola Praatpakket; Veel mogelijkheden: opzegversje, aanwijsverhaaltje, praatvraag, woordenschatvraag. Daarna kun je kinderen laten spelen (ziek zijn; groenteboer; klussen; restaurant, enz.) Zie www.frokkieenlola.nl  ook voor o.a. kleurplaten.

Muziek:

Zing met gebaren: ‘Visje, visje, in het water’ 

Beeldend:

Zie Knutseltips en kies wat je leuk vindt om te doen: muis/ schildpad/ egel/ wandelende tak/ of een ‘marionet vis’ waarvoor Frokkie en Lola in het verhaal ook kiezen! Of vind je het leuker een varken te vouwen? (Zie Vouwwerkjes)

Drama: Nodig: allerlei knuffels. (wel en geen huisdieren: hond, poes, konijn, beer, krokodil, enz.) Pak ze eerst één voor één: welke kan wel in het echt een huisdier zijn? Welke niet, waarom niet? Maak er vervolgens een fantasie-dierenwinkel mee.

ouder-kind: Het kind mag in de dierenwinkel een dier uitzoeken. De volwassene is de verkoper. Wat raadt hij wel/niet aan? Wat gebeurt er als het kind een aap uitkiest? (Let op wat het kind aan spanning aankan)

groepje kinderen: spelen dierenwinkeltje met een ouder, kind, verkoper, dier? Ze spreken met zijn drieën/vieren van te voren af, wat er gaat gebeuren…  Ze kunnen het eventueel voor de rest van de groep opvoeren.

Bewegen: Speel allerlei (huis)dieren na. Hoe doet een hond, een poes, een konijn,// een pinguin, leeuw… En welke geluiden maken ze?

Of raden: de één beeldt uit zonder geluid; de ander raadt.